Formes verbales au total:
50
Impératifs et participes |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | ontwassend |
Tegenwoordig en verleden deelwoord | ontwassen |
Type | ik | jij | hij/zij/het | wij | jullie | zij |
Presens | ontwas | ontwast | ontwast | ontwassen | ontwassen | ontwassen |
Imperfect | ontwies | ontwies | ontwies | ontwiesen | ontwiesen | ontwiesen |
Toekomende tijd I | zal ontwassen | zult ontwassen | zal ontwassen | zullen ontwassen | zullen ontwassen | zullen ontwassen |
Conditionalis I | zou ontwassen | zou ontwassen | zou ontwassen | zouden ontwassen | zouden ontwassen | zouden ontwassen |
Perfectum | ben ontwassen | bent ontwassen | is ontwassen | zijn ontwassen | zijn ontwassen | zijn ontwassen |
Voltooid verleden tijd | was ontwassen | was ontwassen | was ontwassen | waren ontwassen | waren ontwassen | waren ontwassen |
Toekomende tijd II | zal ontwassen zijn | zult ontwassen zijn | zal ontwassen zijn | zullen ontwassen zijn | zullen ontwassen zijn | zullen ontwassen zijn |
Conditionalis II | zou zijn ontwassen | zou zijn ontwassen | zou zijn ontwassen | zouden zijn ontwassen | zouden zijn ontwassen | zouden zijn ontwassen |
Verbes similaires à ontwassen
Verbes conjugués avant et après ontwassen
Plus de propositions pour ontwassen